Living with Machines is meer dan alleen een onderzoeksproject; het is een revolutie in historisch onderzoek. Deze ambitieuze samenwerking tussen het Alan Turing Institute, de British Library en verschillende universiteiten heeft tot doel de kracht van AI te benutten om de menselijke impact van de industriële revolutie als nooit tevoren te onderzoeken.
Kranten, volkstellingen en bergen boeken – omgezet in enorme datasets. Maar Leven met Machines gaat niet alleen over cijfers halen. Het project gebruikt AI als vergrootglas en onthult verborgen patronen en trends die onzichtbaar zijn voor het menselijk oog. Het doel is om een rijk en genuanceerd beeld te schetsen van de industriële revolutie, waarbij de nadruk ligt op de geleefde ervaringen van gewone mensen. Hun zorgen over het verdwijnen van banen, veranderende demografische ontwikkelingen en veranderende culturele waarden komen uit de data naar voren en bieden voorheen ongeziene inzichten in deze periode van radicale verandering.
Radicale of ironische samenwerking?
De huidige discussies over de mechanisatie van werk kunnen nauwelijks worden begrepen zonder terug te kijken naar de tijd dat machines de loop van de mensheid eerder zo grondig veranderden: eerdere perioden van industriële revolutie hebben de samenleving hervormd op manieren die destijds ondoorgrondelijk moeten hebben geleken. Het bestuderen van dit verleden met onze hedendaagse technologische revolutie – AI – is een gedurfde en misschien vooruitziende aanpak. Het lijkt echter uitermate geschikt om mechanisatie te begrijpen met meer mechanisatie. Het Living With Machines-project biedt een belangrijke kans om nieuwe tools en methoden te ontwikkelen om AI zorgvuldig en verstandig te gebruiken, en om informatie te interpreteren op een manier die voorheen onmogelijk was.
Living with Machines vertegenwoordigt een enorm opwindende en innovatieve ontwikkeling in het onderzoek in de kunst- en geesteswetenschappen. De samenwerking tussen historici en datawetenschappers, waarbij gebruik wordt gemaakt van de opmerkelijke groei van digitale archieven, zal dramatische nieuwe perspectieven openen op het bekende verhaal van de industriële revolutie en de geschiedenis van de relatie van de samenleving met machines en technologie sinds de achttiende eeuw.
Professor Roey Sweet, directeur Partnerships and Engagement bij de Arts and Humanities Research Council
Het doel van het project is het begeleiden van de datagestuurde kracht van AI met de kritische lens van de geesteswetenschappen, waarbij onderzoekers hopen facetten van de industriële revolutie te onthullen die misschien aan het menselijke oog zijn ontgaan. Het zou kunnen aantonen dat de zorgen rond nieuwe technologieën niet uniek zijn voor ons tijdperk van AI en automatisering. Het bestuderen van deze periode biedt waardevolle lessen voor het navigeren door onze eigen toekomst, waardoor we de opkomst van AI met beter geïnformeerde perspectieven kunnen benaderen.
- Radicale samenwerking: In dit project werken historici, datawetenschappers, taalkundigen en anderen samen, delen expertise en ontwikkelen nieuwe methoden.
- AI voor Geesteswetenschappen: Het project maakt gebruik van AI om enorme datasets van kranten, volkstellingen en boeken te analyseren, en onthult hoe de levens van gewone mensen veranderden tijdens de industriële revolutie.
- Kritische invalshoek van de geesteswetenschappen: Onderzoekers uit de geesteswetenschappen brengen kritisch denken en scepticisme mee in de data-analyse en zorgen ervoor dat bij de interpretaties rekening wordt gehouden met vooroordelen en beperkingen.
- Lessen uit het verleden: Het bestuderen van de technologische en sociale omwentelingen van de 19e eeuw biedt inzicht in ons eigen tijdperk van vergelijkbare snelle veranderingen, vooral met betrekking tot AI en de impact ervan op de samenleving.
Een erfenis van impact
Centraal in het project, dat onze hedendaagse zorgen weerspiegelt, staat de impact van machines op gewone mensen. Hoewel de gevolgen voor de productiviteit, de handel en de economie nu goed worden begrepen, gaat het project dieper in op de vraag hoe technologische veranderingen de mens in reële termen hebben beïnvloed. Tussen 2022 en 2023 organiseerde het project een tentoonstelling in Leeds met de titel: Menselijke verhalen uit het industriële tijdperk, die een herkenbaar beeld schetsten van wat technologische vooruitgang betekent voor het dagelijks leven.
De impact van Living with Machines reikt echter veel verder dan academische kringen. Het staat voor de kracht van interdisciplinaire samenwerking, het belang van het kritisch onderzoeken van data en de blijvende relevantie van de geesteswetenschappen in een steeds meer datagedreven wereld. Bovendien is het project zelf een casestudy geworden, die een handboek over ‘radicale samenwerking’ heeft opgeleverd als leidraad voor toekomstige inspanningen.
Leven met Machines gaat over de toekomst. Optimistisch gezien hoopt het ons eraan te herinneren dat mensen en machines niet alleen naast elkaar kunnen bestaan, maar ook samen kunnen gedijen door middel van gezamenlijke verkenning en begrip. Dit project bewijst dat het gebruik van AI om gegevens te analyseren een krachtige katalysator kan zijn om menselijke verhalen te ontsluiten en ons naar een betere toekomst te leiden. (check ook het filmpje)
Feiten en cijfers
- Naam van het project: Leven met machines
- financiering: £ 9.2 miljoen uit het Strategic Priorities Fund of UK Research and Innovation.
- Duur: 5 jaar.
- medewerkers: Het Alan Turing Institute, de British Library, de Universiteit van Exeter, de Universiteit van East Anglia, de Universiteit van Cambridge en de Queen Mary Universiteit van Londen.
- Doel: Het ontwikkelen van nieuwe methoden in datawetenschap en AI voor het analyseren van historische bronnen, met de nadruk op gedigitaliseerde collecties om de sociale en culturele impact van de eerste industriële revolutie te onderzoeken.
- Deelnemers: Datawetenschappers, curatoren, historici, geografen en computationele taalkundigen.
- Nadering: Creatie van tools en software voor het analyseren van miljoenen pagina's van krantencollecties waarop geen auteursrechten rusten van de British Library.
- Hoofd onderzoeker: Dr. Ruth Ahnert, hoofddocent renaissancestudies aan de Queen Mary Universiteit van Londen.
- Doel: De kloof tussen de computationele wetenschappen en de geesteswetenschappen overbruggen door radicale samenwerking en een nieuw onderzoeksparadigma vestigen.
Voor meer informatie kunt u terecht op de projectwebsite: Leven met machines.