Van 30 juni tot en met 21 juli organiseerde de Pulchri Studio in Den Haag een opmerkelijke tentoonstelling: “98 Contemporary Masterpieces from the Chinese National Academy of Painting.” Deze tentoonstelling, samengesteld door Herbert-Jan Hiep uit Nederland en Dr. Xu Lian uit China, bracht een fascinerende mix van traditionele en hedendaagse Chinese schilderkunst naar het Nederlandse publiek.
Onder het thema ‘Traditie en Innovatie’ onderzocht de tentoonstelling de spanning tussen voortbouwen op de tradities uit het verleden en aanpassing aan het heden. De 100 schilderijen van 68 kunstenaars boden elk een uniek perspectief op deze dualiteit. Hoewel de Chinese schilderkunst aanvankelijk heel anders kan lijken dan de westerse stijlen, komen er bij nader onderzoek onverwachte parallellen naar voren. Deze tentoonstelling bood een diepgaande duik in de manier waarop Chinese kunstenaars omgaan met de balans tussen het eren van hun rijke artistieke erfgoed en het omarmen van innovatie.
De tentoonstelling: een overzicht
De tentoonstelling zelf was een visueel feest, met grootschalige werken variërend van strikt traditionele Chinese landschappen tot moderne interpretaties die nauwelijks lijken op hun Chinese oorsprong. Veel schilderijen hadden langwerpige verticale of horizontale formaten, een afwijking van de westerse normen en een kenmerk van de Chinese kunst. Dit formaat, een overblijfsel uit de tijd waarin Chinese kunstwerken stap voor stap werden opgerold en bekeken, biedt een aparte kijkervaring en nodigt de kijker uit om stukje bij beetje met het werk bezig te zijn. De nadruk ligt op verfijnde penseelvoering en het gebruik van ruimte en balans.
Traditie versus innovatie
De tentoongestelde werken boden een boeiend inkijkje in hoe Chinese kunstenaars worstelen met hun rijke artistieke traditie. Velen hielden zich aan de klassieke regels van compositie en symboliek, met thema's als landschappen, bloemen, vogels en menselijke figuren. In tegenstelling tot de westerse cultuur blijven deze regels een belangrijke rol spelen in de hedendaagse Chinese kunst. Er waren echter ook werken te zien die deze conventies trotseerden en experimenteerden met moderne technieken als olieverf en zeefdruk. Dit had tot gevolg dat sommige kunstwerken bijna niet meer te onderscheiden waren van de westerse kunst.
Veel van de exposerende kunstenaars hebben in het buitenland gestudeerd of gereisd. Een open en inclusieve houding, die het leren van verschillende culturen aanmoedigt en nieuwe artistieke vormen en uitingen absorbeert, heeft sinds de jaren tachtig geleid tot een toenemende invloed van westerse artistieke talen en stijlen. Hierdoor kunnen kunstenaars Chinese thema's en inhoud met nieuwe artistieke middelen uitbeelden, waardoor de expressieve kracht van traditionele Chinese kunstvormen wordt vergroot, met name het vervreemdingseffect. Toch blijft de zoektocht, vooral bij de Chinese Academie voor Schilderkunst, die het beschermen van de traditie tot haar taken heeft, gericht op het vinden van een goede harmonie, zonder de typisch Chinese essentie uit het oog te verliezen.
Vakmanschap
Een integraal onderdeel van alle schilderijen is de nauwgezette aandacht voor vakmanschap, een kenmerk van de Chinese kunst door de eeuwen heen, wat duidelijk naar voren komt in deze tentoonstelling. Het merendeel van de tentoongestelde schilderijen was ‘inktwas op papier’, vergelijkbaar met een mix van aquareltechniek en kalligrafie. Terwijl westerse aquarellen zelden een diameter van 80 cm overschrijden, waren deze schilderijen vaak veel groter en bereikten ze gemakkelijk twee meter.
Veel van de exposerende schilders hebben hun leven gewijd aan het oefenen en verfijnen van hun penseeltechnieken, veel meer dan hun westerse tegenhangers. Dit wordt duidelijk als je de schilderijen van dichtbij bekijkt. Er wordt een verfijnd meesterschap getoond, soms met slechts een paar behendige penseelstreken of meesterlijk gebruik van de inktstroom, maar vaak met zeer gedetailleerde texturen.
Terwijl het waarderen van hedendaagse westerse kunst vaak een afstand tot het canvas vereist, lijkt Chinese kunst uit te nodigen tot nadere inspectie om de ingewikkelde details ervan ten volle te kunnen waarderen.
Context en uitleg
De tentoonstelling bood context via een video en drietalige tekstpanelen (Nederlands, Engels en Chinees) bij de schilderijen, die thematisch waren gegroepeerd. Er waren bijvoorbeeld verklaringen voor traditionele thema's als 'Dwalen door bergen en bossen', een tijdloos thema dat wordt gekoesterd door Chinese kunstenaars en dat tot doel heeft de troost en vrede van de natuur te verheerlijken, de harmonie tussen mens en natuur te benadrukken en een staat van zijn te bereiken. waar tijd en ruimte worden overstegen. Daarnaast werden inzichten in Chinese schildertechnieken aangeboden.
Kunst als brug
Wat deze tentoonstelling echt bijzonder maakte, was de nadruk op uitwisseling. Aan de opening ging een artist talk vooraf, waarbij Nederlandse en Chinese kunstenaars in dialoog gingen over hun drijfveren, opleidingsachtergronden en de rol van traditie in hun werk. Uit deze dialoog bleek dat, hoewel de artistieke tradities van Oost en West aanzienlijk verschillen, de onderliggende passie en toewijding aan het ambacht universeel zijn.
Bij de opening van de tentoonstelling, met sprekers als de ambassadeur van China in Nederland, werd de intentie uitgesproken om frequentere uitwisselingen te bevorderen, waaronder tentoonstellingen en artist-in-residenceprogramma's.
Conclusie
De tentoonstelling in Pulchri Studio was niet alleen een showcase van uitzonderlijke hedendaagse Chinese schilderkunst, maar ook een uitnodiging tot verdere dialoog en begrip tussen culturen. Het thema ‘Traditie en Innovatie’ werd op overtuigende wijze verkend, waarmee werd aangetoond hoe kunst verschillende werelden kan overbruggen. De gesprekken die door deze tentoonstelling worden aangewakkerd, laten een verlangen naar meer achter en beloven spannende toekomstige samenwerkingen tussen Nederlandse en Chinese kunstenaars, tentoonstellingsorganisatoren en curatoren.